Als je je enige tijd met snoeselobjecten bezighoudt, blijken de mogelijkheden legio te zijn en verzin je steeds weer iets anders. Echter door geld- en tijdgebrek blijven de meeste ideeën onuitgevoerd. Toch blijkt uit ervaring met een minimum aan mogelijkheden al een echte snoeselsfeer te kunnen ontstaan. Wat opvalt is, dat de kinderen erg rustig zijn tijdens het snoeselen en dat je zelf ook geneigd bent zachtjes te gaan spreken.
In de aula komen niet meer dan 6 tot 8 pupillen met hun leid(st)ers en blijven er ongeveer een uur. Dit houdt in dat wij drie dagen achter elkaar moeten snoeselen (vier groepen per dag) om alle groepen aan de beurt te laten komen.
Het is vooral belangrijk te weten dat de kinderen niets moeten en dat alles mag.
Begeleiding
De rol van de leidster tijdens het snoeselen moeten we niet onderschatten. Elke keer is er met de leidsters een voor- en nabespreking gehouden om hun vooral te wijzen op wat ze tijdens het snoeselen moeten doen: zich zo min mogelijk met de kinderen bemoeien – ze zelf hun gang laten gaan – wel, waar nodig, bescherming bieden, erg goed de gedragingen van de kinderen observeren – niets verbieden – proberen te ontdekken wat een kind erg leuk vindt.
Voortgang
Ongeveer een keer in de drie maanden hebben wij de afgelopen tijd snoeseldagen georganiseerd. Het experimentele karakter is er nu wel vanaf hoewel steeds weer nieuwe suggesties worden uitgewerkt. Ook werden de laatste tijd verschillende snoeselactiviteiten op de afdelingen gebracht (ballonnenbed, vloeistofdia’s, muziek). Toen wij afgelopen januari weer snoeseldagen hebben georganiseerd, hebben we verschillende internaten en instellingen uit de omgeving uitgenodigd om te komen kijken. Er bleek toen erg veel belangstelling te zijn en een paar andere huizen hebben het plan opgevat ook snoeseldagen te gaan organiseren.
Op Haarendael zijn wij pessimistisch gestemd wat betreft de voortgang van het snoeselen i.v.m. een vermindering van het personeelsbestand op de ontspanningsdienst
Tot slot wil ik graag opmerken dat het mij deugd doet dat het snoezelen zo is aangeslagen,
- dat er niet alleen meer met diepzwakzinnigen, maar ook met demente bejaarden, kleuters, psychiatrische patiënten en mogelijk nog vele andere groepen wordt gesnoezeld.
- dat er in vele landen wereldwijd wordt gesnoezeld
- dat er (wetenschappelijk) onderzoek naar wordt gedaan
- dat er boeken en werkstukken over worden geschreven
- dat er cursussen over worden gegeven
- dat er symposia over worden georganiseerd
- dat het woord snoezelen in het woordenboek is opgenomen
- dat er in vele opleidingen aandacht aan wordt besteed
Ik ben verheugd dat het snoezelen zo’n vlucht heeft genomen en bij deze wil ik alle mensen die nu en in de toekomst een bijdrage aan het snoezelen leveren, voor en met hun medemens, veel succes en plezier toewensen, snoezelen is de moeite waard !